dochter van Endymion en Aglaia human Fighter / Cleric
Laat me u vertellen over het leven van Phaedra, zuster van Faria...
Phaedra werd 25 lentes geleden geboren in het stadje Sienda. Sienda ligt in
het zuidwesten van de Lordships, aan de voet van de uitlopers van de
Prodanen in het Lordship Askane.
Haar vader was sheriff van Sienda een streng doch rechtvaardig man.
Van hem leerde Phaedra het gebruik van vele wapens: het zwaard, de vlegel, de
pijl-en-boog en de lans. Ook al was het vak waar ze zich in bekwaamde erg
gevaarlijk, ze leidde een vrij zorgeloos leven.
Phaedra was bijna 16 jaar toen de 'wanderlust' haar te pakken kreeg. Niet
dat het thuis in Sienda zo slecht was, verre van. Maar juist de geborgenheid
en beslotenheid maakte Phaedra onrustig. Endymion en Aglaia lieten haar in
eerste instantie niet gaan, maar na de zoveelste aanvaring met de
dorpsoudsten zagen ook zij in dat Sienda te klein was voor Phaedra. De
lokroep van het avontuur liet zich niet langer negeren.
De wereld buiten Sienda was groots misschien iets te groots zelfs,
met te avonturen. Na het zoveelste kleine boerendorpje met al dan niet
aardige mensen en al dan niet knappe jongemannen vond Phaedra het wel weer
genoeg. 'Ander dorp, hetzelfde stof' het zwerversleven was beduidend
minder glorieus dan in de verhalen van de enkele minstreel die Sienda had
aangedaan. Ook dorstte Sienda naar ontwikkeling, kennis er moest meer
zijn om over te praten dan de hond van de buren of het weer. Hopend dat wat
zij zocht in de stad te vinden was trok Phaedra naar Forganta, hoofdstad van
Askane.
Dat was even slikken, om maar een eufemisme te gebruiken. Gewend als Phaedra
was aan ruimte en weidse vergezichten was Forganta niet hetgeen waar ze
gewend aan was achtduizend zielen opeengepakt in een kleine ruimte
binnen de stadsmuren.
Maar al die mensen! De glitter, de pracht en de praal! Al die mensen die
allemaal hun eigen ding deden! Phaedra verdronk bijna in alle indrukken die
ze over zich heen kreeg. Het leven was een stuk interessanter hier, en
Phaedra besloot om nog maar een tijdje te blijven.
In de eerste week ontmoette Phaedra Tirius, één van de leden
van het handelaarsgilde, die haar aannam als bewaker van zijn karavanen.
Tirius was haar gids in de drukke, vreemde stad vol mooie dingen.
Schijn bedriegt echter vaak, en Phaedra zag dat al snel. Hoe prachtig en
meeslepend het leven in de grote stad ook was, het had ook veel nadelen. Zo
vond ze het maar vreemd dat mensen zo onpersoonlijk deden. Op het eerste
gezicht waren ze heel hartelijk, maar verder dan die verdomde weerpraatjes
kwamen ze ook niet. Dit soort gedrag is intrinsiek aan elke grote stad, maar
in Forganta waren er nog andere redenen. Er was al jaren een groep Meltimen
actief in de stad, en hun aanhang groeide. Ze kregen steeds meer invloed in
de stad en haar bestuur, totdat niemand zich meer echt thuis voelde.
Phaedra leefde echter van dag tot dag en stond niet vaak stil bij de
politiek. Ze had haar plekje in de wereld, en een goede vriend in
Tirius.
Totdat de schikgodinnen toesloegen.
Tirius gebruikte al jaren een shortcut naar de stad Ragten. Dit scheelde
makkelijk dagen in totale reistijd. Op deze route waren nooit problemen, en
ook dit keer werden er geen moeilijkheden verwacht. De schikgodinnen beslisten
anders. Dit keer werd de karavaan aangevallen. Tirius was één
van de eersten die viel, geraakt door een gifpijl die dwars door zijn lederen
wambuis kliefde. Er knapte iets in Phaedra, die alle reden verloor en als een
waanzinnige de zwaar gemaskerde bandieten aanviel. Ze sloeg er twee neer, maar
ook zij beet in het stof. Ze was echter niet dood, al dachten de bandieten dit
wel.
Het was midden in de nacht toen Phaedra bijkwam door een schroeiende pijn.
Ze was gevonden door drie broeders van Faria, de godin van civilisatie,
handwerk en noble combat. De bijtende pijn kwam door de zalf die een broeder
op haar wonden smeerden.
Phaedra werd naar de tempel van Faria, vlakbij Ragten, gebracht, waar ze
weken nodig had om te herstellen. In die tijd begon Phaedra veel respect te
krijgen voor de idealen die de broeders en zusters uitdragen: civilisatie,
handwerken, het zorgen voor je medemens. Faria heeft echter ook een andere
kant, die van oorlogsgodin niet dat zij graag vecht, maar ze beseft
dat het noodzakelijk is om te vechten als ze wil beschermen wat ze heeft
opgebouwd. Phaedra trad toe tot de orde en werd opgeleid tot herbalist. Haar
avontuurlijke geest maakte haar echter niet echt geschikt tot thuiszitten,
en ze werd dan ook vaak op missies gestuurd. Als één van de
eerste opdrachten die ze kreeg was het onderzoeken van de barbaren in het
zuiden, samen met Irtek (een broeder die ook nog meer van de wereld wilde
zien). Bij de barbaren ontmoetten ze Chrel, iemand die zich bij hen
aansloot.
|